Gerard PhilipsGeboren in Sint-Truiden (België) in 1899. Als professor dogmatiek in Leuven vertrouwd met theologische strekkingen en wetenschappelijk ingesteld. Als man van de Katholieke Actie in Vlaanderen begaan met de leken in de kerk. Als gecoöpteerd senator weet hij hoe teksten in commissies worden bijgeschaafd, hoe een debat daarover te voeren en hoe compromissen te sluiten. Overlijdt op 14 juli 1972 in Leuven. Consultor van de Voorbereidende theologische commissie en van de Doctrinele commissie. Vanaf 02-12-1963 adjunct-secretaris, maar de facto vervanger van secretaris Tromp. Voornaamste en feitelijk auteur van Lumen Gentium, met belangrijke bijdragen aan de documenten Dei Verbum en Gaudium et spes. Conciliedagboek01 NOV '65 | Toevoeging waarin het Concilie de historiciteit bevestigtOp dinsdag 19 oktober is de Commissio Mixta voor Schema XIII inderdaad voor het eerst bijeengekomen. Doch de tweede helft van de zitting werd, door de Doctrinele Commissie afzonderlijk, aan de pauselijke modi betreffende de revelatie besteed. In de voormiddag had het praesidium daarover reeds vergaderd. Er was afgesproken dat voor punt 1, – over de Traditie, waarvoor de Paus de keuze liet tussen de zeven reeds vroeger voorgestelde toevoegingen – dat de Vaders onmiddellijk en zonder kommentaar tot de stemming zouden overgaan; voor punt 2, voor het schrappen van “veritas salutaris”, zou ik een tussenformule voorstellen; voor punt 3, betreffende de historiciteit van de evangeliën, zou ik hetzelfde doen. ’s Namiddags echter, te 18.15 u., geeft de president eerst het woord aan kardinaal Bea, die de 3e formule (afkomstig van Colombo) aanbeveelt. De mijne, de 5e, haalt slechts 2 stemmen. Bij de tweede stemronde bekomt formule 3 veruit de meerderheid. Voor punt 2 houdt kardinaal Bea een speech waarin hij het woord “salutaris” heftig bestrijdt (al had hij de door de commissie voorgestelde tekst, mèt het woord salutaris, vroeger uitdrukkelijk goedgekeurd). Niemand krijgt gelegenheid om te antwoorden. De president doet onmiddellijk stemmen: omittatur of maneat. De schrapping krijgt driemaal achtereen 1 stem tekort om aangenomen te worden, d.w.z. 1 stem minder dan 2/3 van het aantal aanwezige leden. Daarop mag ik ten slotte mijn compromisvoorstel voorleggen: een omschrijving, die door een aantal leden van de minoranza in de modi was voorgesteld. Die tekst, haalt onmiddellijk de 2/3 meerderheid. Er blijft evenwel betwisting over de interpretatie van het reglement. Drie of vier leden hebben inderdaad blanco gestemd, en iemand beweert dat zij niet meetellen. Het reglement spreekt echter van de praesentes, niet van de votantes. P. Bertrams beweert dat de blancostemmen niet meetellen, doch men gaat erover heen. Voor de historiciteit, stel ik een toevoeging voor, waarin het Concilie die “historiciteit” uitdrukkelijk bevestigt. De “historica fides” waarvan het pauselijk voorstel spreekt, zal in de Bultmanniaanse zin uitgelegd kunnen worden, en die uitdrukking brengt dus geen aarde aan de dijk. Mijn voorstel wordt met 26 tegen 2 stemmen aangenomen. Woensdagvoormiddag, 20 oktober, maak ik de verslagnota op voor de Paus, met de nodige uitleg. Mgr. Felici betuigt per telefoon zijn instemming en laat de tekst van de verbeterde expensio modorum ter perse gaan. Daarmee is de zaak dus van de baan. |