De nieuwe gemengde commissie verzamelt de expertise van de Doctrinele commissie, het Secreatariaat voor de eenheid en de Commissie voor de Oosterse Kerken.
Beslissende stap
In hun eerste vergadering nemen de respectievelijke voorzitters Ottaviani, Bea en Cicognani, bijgestaan door de secretarissen Athanasius Welykyj en Johannes Willebrands, een beslissende stap. De teksten van het Secretariaat voor de eenheid zullen de basis vormen voor het verdere werk. Daarmee kiezen ze voor een oecumene van de openheid, in de lijn van de wensen van Johannes XXIII en de Concilievaders. Het Secretariaat voor de eenheid zal vanaf nu een centrale rol spelen in het Concilie.
Drie sporen komen samen
De gemengde commissie is in het leven geroepen om drie parallelle teksten over de oecumene te verzoenen:
- hoofdstuk IX van het schema over de Kerk van de Doctrinele commissie,
- een schema over de oecumene geschreven door het Secretariaat voor de eenheid in een geest van openheid naar de gescheiden broeders,
- het schema Opdat Allen Een Zouden Zijn van de Commissie voor Oosterse Kerken geschreven in een geest van terugkeer naar de moederkerk.
De meerderheid van de Concilievaders uit tijdens de eerste zittijd felle kritiek op het gebrek aan openheid voor dialoog in de eerste en vooral de derde tekst. Voorzitter van de Commissie voor Oosterse Kerken, Cicognani, toont zich informeel wel bereid om zijn schema een eervolle dood te laten sterven. Lees meer over de voortgang.
Kiemen voor drie Conciliedocumenten
Het geïntegreerde schema over de oecumene waaraan de gemengde commissie tijdens de eerste tussentijd werkt, is van fundamenteel belang voor het Concilie. Het bevat de kiemen voor maar liefst drie Conciliedocumenten:
- Decreet over de katholieke deelneming aan de oecumenische beweging (Unitatis redintegratio)
- Verklaring over de godsdienstvrijheid (Dignitatis humanae)
- Verklaring over de houding van de kerk ten opzichte van de niet-christelijke godsdiensten (Nostra aetate)
Kardinaal Alfredo Ottaviani, 1963
Kardinaal Augustin Bea, juni 1963
Kardinaal Amleto Cicognani, 1963